Er is geen toekomst voor diesel
Als je Ben Möhlmann van SMT vraagt of er toekomst is voor diesel heeft hij daar een duidelijk antwoord op. “Neen, niet in Nederland.” Met een overheid die duidelijk stuurt op emissievrije gunning van opdrachten, denkt hij zero emissie werken snel de praktijk wordt. Zelfs voor de grote dieselaangedreven machines verwacht hij dat binnen achttien jaar het doek valt.
Op de BouwMachines Kennisdag pleitte Möhlmann voor het opzetten van brede coalities, omdat ‘het nodig is om nieuwe ecosystemen te bouwen’. Hij denkt zelfs dat een emissieloze bouwplaats in 2026 al tot de mogelijkheden behoort. Al ziet hij nog wel een aantal uitdagingen. “Nu zijn grote elektrische machines meestal maatwerk. De vraag is: kunnen we de 1.800 grote machines die jaarlijks in Nederland worden verkocht ombouwen? Is er voldoende capaciteit? Maar ook de veiligheid, het toezicht en de restwaarde zijn issues die spelen.” En natuurlijk de energielevering. Het bezoek aan de Bauma 2022 leerde hem echter dat producenten die laatste component duidelijk meenemen in hun ontwikkelingsstrategieën. “Bij de meeste merken werden ook laadinfraoplossingen getoond, zoals (wissel)batterijen, bekabelde oplossingen en brandstofcellen. We weten namelijk allemaal dat je er niet komt met alleen een machine.”
Internationale ontwikkelingen
Opvallend is dat Möhlmann ver over de grenzen van Europa heen kijkt. “Wij denken bij China vaak aan plastic in rivieren en grote steden gehuld in smog, maar de ontwikkelingen op het gebied van elektrificatie gaan daar snel. Weliswaar zijn het Chinese merken, maar ook die zullen over een paar jaar naar Europa komen.” SMT, importeur van Volvo, lijkt daar niet beducht voor. Sterker nog: Volvo ontwikkelt zelfs speciale elektrische machines voor de Aziatische markt, dat gaat ongeveer om de helft van de nieuwe types.
Het gaat snel
Daarnaast valt op hoe positief hij is over de snelheid waarmee producenten gaan opschalen. Een kritische noot die afgelopen weken regelmatig klonk was dat producenten op de Bauma 2022 vooral prototypes lieten zien en veel elektrische modellen (die in Duitsland te zien waren) voorlopig nog niet leverbaar zijn. Daar is een logische verklaring voor. Möhlmann: “De ontwikkeling van een nieuwe machine op basis van geheel nieuwe technologie duurt tien jaar. Volvo is in 2015 begonnen met de ontwikkeling en heeft inmiddels vijf compacte machines op de markt gebracht. Komend jaar komen daar drie middelgrote machines bij.” Vervolgens zal het snel gaan. Het Zweedse bedrijf verwacht het arsenaal binnen een paar jaar zelfs naar veertig elektrische modellen uit te breiden.
Financieel
De vraag wie de elektrificatie gaat betalen, beantwoordt Möhlmann met een wedervraag: “Willen we nog bezit hebben? We zijn eraan gewend om machines te kopen, maar leasen is ook een optie die veel voordelen biedt. Denk aan de flexibele inzet van machines én het beperken van de exploitatierisico’s. De restwaarde van de machine is dan ook geen punt van zorg meer.”