Ga naar de inhoud

Subsidie Schoon en Emissieloos Bouwen schakelt op in 2023

In reactie op de Porthosuitspraak heeft het kabinet besloten om voor de Subsidie Schoon en Emissieloos Bouwen €400 miljoen extra beschikbaar te stellen. Dit komt bovenop de €500 miljoen van de subsidieregeling die tot en met 2030 van kracht is. Dit is een belangrijke impuls voor de bouw om de transitie die is ingezet te versterken. Steeds meer bouw- en infrabedrijven werken met schoner of emissieloos materieel of zorgen via andere maatregelen dat de uitstoot in de bouw afneemt. Een schonere bouw heeft ook positieve effecten op de stikstofdepositie en daarmee op de natuur.

De SSEB moet bijdragen aan de opgave waartoe Nederland zich gesteld ziet om in 2030 60% minder stikstof uit te stoten, 0,4 Megaton CO2-reductie en 75% minder nadelige gezondheidseffecten. Deze ambitieuze doelstelling vraagt onder meer om een grootschalige en ingrijpende verduurzamingsslag van het bestaande materieelpark in de bouw- en infrasector.

Betaalbaarheid

De subsidie is nodig omdat bouwmaterieel op waterstof of batterijen vaak veel duurder is dan materieel dat op diesel draait. Bouwers kunnen met de subsidie tot maximaal 40% van het prijsverschil met diesel vergoed krijgen. Voor kleinere ondernemers ligt dat percentage hoger dan voor grotere ondernemers, om zo ook het mkb te helpen bij de overstap. Voor de bouw heeft stikstofvrij materieel de toekomst om te kunnen blijven bouwen. Immers, als je geen stikstofruimte gebruikt, hoef je die ook niet te zoeken.

In 2023 wordt dus ook meer geld uitgetrokken voor het verduurzamen van materieel in de bouw. Zo wordt er een additionele €60 miljoen vrijgemaakt voor bouw- en infra bedrijven om over te stappen naar emissiearme en loze materieel. Hierbij moet je denken aan bijvoorbeeld elektrische hijskranen, betonmixers op waterstof en graafmachines op batterijen. De subsidieregeling wordt op 9 mei 2023 aanstaande opengesteld. De budgetten zijn als volgt verdeeld: Aanschaf €36 miljoen, retrofit €14 miljoen, innovatie (experimenten): €9 miljoen, innovatie (haalbaarheidsstudies): €1 miljoen.

Belangrijke wijzigingen

Dit zijn de belangrijke wijzigingen in de aanschafsubsidie ten opzichte van vorig jaar:

  1. De berekening voor het bepalen van de meerkosten is aangepast. Het subsidiebedrag per kW elektrisch motorvermogen is verlaagd van €800 naar €700.
  2. Ook maakt de overheid in 2023 gebruik van een aparte formule voor mobiele batterijpakketten. De meerkosten voor mobiele batterijpakketten bereken je als volgt: (B x kWh) – P. Waarbij B = €275, P = €6.000. Je vermenigvuldigt de accucapaciteit met 275 en trekt daar €6.000 van af. Bijvoorbeeld: 100 x 275 = €27.500. €27.500 – €6.000 = € 21.500 meerkosten.
  3. Heb je een emissieloos bouwwerktuig, zoals een graafmachine of een bulldozer, verwisselbare accupakketten? Dan kun je maximaal twee verwisselbare accupakketten tot de meerkosten rekenen.
  4. Je kunt nu ook subsidie aanvragen voor de aankoop van een emissieloos bouwwerktuig vanaf 300 kW (totaal elektrisch motorvermogen). Het ingebouwde aggregaat moet nog wel een verbrandingsmotor hebben als noodvoorziening indien het netstroom niet werkt. De voorwaarde is dan wel dat verbrandingsmotor uitgaat bij beschikbaarheid batterij of netstroom. De data moet wel online in te zien zijn. De subsidie is alleen bedoeld voor de meerkosten van het bouwwerktuig, dus niet voor het noodaggregaat. Het subsidiepercentage wordt verlaagd met 10%.
  5. Wil je een elektrische aandrijfmotor met een brandstofcel of een niet-loodhoudend accupakket kopen voor een hulpfunctie (opbouw), zoals een betonpomp of een autolaadkraan? Dan krijg je in 2023 alleen subsidie als de hulpfunctie gemonteerd wordt op een voertuig met minimaal milieuklasse EuroVI.

Vrachtwagens krijgen ook hulp

Ook bij de aanschaf van een uitstootvrije vrachtwagen kunnen ondernemers een steuntje in de rug krijgen. In 2023 is daar in totaal €30 miljoen voor beschikbaar, zo is bekend geworden. Dat is €5 miljoen meer dan vorig jaar.

Wie is De Groene Koers?

De Groene Koers wordt vertegenwoordigd door:

  • Koninklijke Bouwend Nederland – Jorrit van Ommen
  • BMWT – Hans Zwaanenburg
  • Cumela – Nico Willemsen
  • Vereniging van Hoveniers en Groenvoorzieners – Mario Geuze
  • MKB Infra – Pieter Boelhouwer

Initiatief van


© De Groene Koers – 2021